7
Doelen ①
De eisen waaraan je moet voldoen en de punten die je met elk doel kunt halen, verschillen per les.

Licht vliegtuig (les 1)
Maak met je vliegtuig een zachte landing op de landingsbaan. Raak onderweg alle bollen in de navigatielijn aan. Deze bollen leiden je naar de landingsbaan toe en leveren je extra punten op. Druk op als je de landingsbaan hebt bereikt om af te remmen tot je stilstaat.
Parachutespringen (les 1)
Gebruik om de richting waarin je valt te beïnvloeden. Probeer door de ringen te vallen en op het doelwit te landen. Druk op als je de grens van 1000 voet bent gepasseerd om je parachute te openen.
Druk tijdens je afdaling met je parachute naar ⇦ of ⇨ op om in deze richtingen te zweven. Druk naar ⇩ op om je parachute af te remmen, waardoor je niet langer vooruit zweeft en sneller begint te dalen.

Opmerking: het aantal punten dat je voor het landen krijgt verschilt per doelwit. Bewegende doelwitten zijn moeilijk om op te landen, maar leveren je wel de meeste punten op (en ook een bijzondere verrassing)!